Harry Rademakerprijs 2017

Harry Rademakerprijs 2017

De voordracht door de jury aan het bestuur van de SOD is door dat bestuur overgenomen. De vier kandidaten worden hier besproken in de volgorde van het jury-bezoek in september. Het thema van de prijs is hergebruik en herbestemming. In deze categorie zijn er in Deventer zeer veel gebouwen gerealiseerd / getransformeerd; dit is geen buiten-categorie meer zoals aan het begin van deze eeuw. Om die reden kon de jury kritisch naar de kandidaten kijken. De jury lette op:

  • –  hoe zijn bestaande kwaliteiten herkend, gerespecteerd en/of als bijzondere factor in hetontwerp ingezet?
  • –  is er bijzondere kwaliteit aan het oorspronkelijke object toegevoegd?
  • –  zit de nieuwe functie er lekker in, of is er flink gewrongen? Dit is een aspect dat belangrijkkan bijdragen aan een duurzame toekomst van de herontwikkeling.
  • –  is het resultaat op alle niveaus overtuigend: qua concept en ontwerp, maar ook in deuitvoering en detaillering?

1. De voormalige Kofferfabriek in het Havenkwartier.


Dit project voegt zich precies in de ontwikkelingsdoelstellingen van het Havenkwartier. Het is met visie, lef en ondernemingsgeest aangepakt. Dat valt hier op, omdat het om een relatief jonge en kleine ontwikkelaar gaat. Door zelf de kopers te selecteren heeft de ontwikkelaar erop kunnen sturen dat er interessante woningen of bedrijfsunits zijn ontstaan, gerealiseerd door mensen die echt in het Havenkwartier en in de gebouw-kwaliteiten van deze fabriek zijn geïnteresseerd. Er is wel enige bewondering voor de volharding van de initiatiefnemers, die de visies voor het Havenkwartier weliswaar uitvoeren en versterken, maar in de uitvoering toch de taaiheid van de gemeentelijke bureaucratie moesten overwinnen.

2. Het voormalig pakhuis van Ten Hove.


Dit gebouw is het sluitstuk van decennia herstructurering van de Raambuurt. Het heeft een lange periode van leegstand en een veelheid van plannen doorstaan. De NV Bergkwartier heeft het ten slotte aangepakt, met I’M architecten als ontwerper. Hoewel het maar om één pandje lijkt te gaan, is dit een forse opgave door de omvang van het gebouw, de complexe bouwgeschiedenis en de technische staat waarin het verkeerde. Het is aan architect Martin Kleine Schaars, als winnaar van de vorige Rademakerprijs, wel toevertrouwd om listige oplossingen voor kwaliteit van de ruimten, voor lichtinval en voor aangename werkplekken te bedenken. Met de NV is er bovendien een ontwikkelaar / opdrachtgever aan de gang die ook al vaak heeft bewezen zo’n opgave aan te kunnen.
Door de essentie van het gebouw goed te doorgronden, heeft de architect zijn transformatie goed op maat weten te maken. Het prettige van dit type gebouwen is de overmaat (in oppervlak en in hoogten), zodat meerdere gebruikers zich hier op hun plaats voelen.

3. De voormalige Gasfabriek


Dit complex van gebouwen (dienstwoningen, apparatengebouw, ketelhuis, metergebouw en kantoren) kennen Deventenaren alleen van op afstand: het is een omhekt terrein dat langzaamaan ontsloten wordt. De herbestemming mikt op hergebruik als bedrijfsgebouwen rond het thema innovaties in duurzame ontwikkelingen: een thematisch georganiseerde bedrijvencluster. De ‘gasloze gasfabriek’ is de aanstekelijke term die daarvoor is bedacht.


4. De voormalige Rollecate-school.


Dit schoolgebouw had lange tijd al een tweede leven als ateliergebouw voor kunstenaars. Voor het gebouw, de gemeentelijke beurs en voor de buurt werd het beter geacht om er een andere invulling aan te geven. Ontwikkelaar Le Clerq pakte de handschoen op en bedacht, samen met architect ARCOM, een invulling met een zorg-programma. Toen de organisatie van Nieuw-Rollecate aanhaakte, werd het pas mogelijk om het schoolgebouw te herontwikkelen voor een modern concept met wonen en zorg. De samenwerking van die partijen in het hele proces heeft aan het resultaat belangrijk bijgedragen.
Door de bebouwing (met koopwoningen) van het naastgelegen parkeerterrein bij de ontwikkeling te betrekken, kon een zekere verevening worden toegepast, waarmee het budget voor de transformatie van de school werd verruimd. Ondanks alle eisen van veiligheid, klimaat, bouwbesluit en noem maar op, is het oorspronkelijke karakter behouden gebleven. De gasten wonen nog duidelijk in een school.

Nu alle vier de projecten, dankzij het voorwerk van het SOD-bestuur, aan de vier voornoemde elementaire beoordelingscriteria voldeden, is de jury steeds meer gaan letten op lef en op het vermogen van de initiatiefnemer om het proces van concept tot detail te beheersen. In dat licht is procesbeheersing bij de professionele partijen zoals bij Nieuw- Rollecate en Ten Hove haast vanzelfsprekend. Bij de Gasfabriek miste de jury dat in de details, vooral die van de architectuur. De lef om te ondernemen en te transformeren is hier wel groot, vooral omdat we hier niet met doorknede ontwikkelaars te maken hebben. Lef zien we natuurlijk ook bij Nieuw-Rollecate en Ten Hove, maar het weerstandsvermogen van zulke partijen is toch een stuk groter. Bij de school is bovendien de truc met de mede- ontwikkeling van het parkeerterrein van het voormalig ziekenhuis een geduchte beperking van het risico geworden. De mooiste en meest overtuigende combinatie van lef en procesbeheersing ziet de jury bij de Kofferfabriek: een relatief verse ontwikkelaar stapt in een avontuur en slaagt erin om met visie een knap resultaat neer te zetten, dat een zekere maat zet voor de verdere ontwikkeling van het havengebied.
De jury heeft als winnaar van de Rademakerprijs 2017 dan ook aangewezen:

de herontwikkeling van de Kofferfabriek.

De jury, bestaande uit Mieke Conijn,Eric Giesbers en Dirk Baalman